Gratis Spaans lesje: Vragen stellen in het Spaans

Zullen we nog een paar Palabras Españolas herhalen. Dat is altijd fijn toch? 30.000 mensen heb ik mogen helpen met deze prachtige taal. En wekelijks ontvangen meer dan 2.000 mensen mijn Palabra Española. Dit is gratis en kun jij ook krijgen in je mail. 5 dagen per week ontvang je een kort Spaans lesje in je mail met deze link:  https://app.enormail.eu/subscribe/7ca55d84ed46334a0635282c8487b900


De laatste

(Palabra Española 187) 

De laatste – el último of al gaat het over iets of iemand vrouwelijk, dan is het la última. Bijvoorbeeld bij de slager: 

    ¿Quién es el último? – uitspraak: kjen es el oeltimo – Wie is de laatste?

    La última pregunta – uitspraak: la oeltima pregoenta – De laatste vraag.


De één na laatste – el penúltimo of al gaat het over iets of iemand vrouwelijk, dan is het la penúltima.

    El penúltimo ejercicio – uitspraak: el penoeltimo egercicio (slissende c) – De één na laatste oefening.

    La penúltima pregunta  – uitspraak: la penoeltima pregoenta - De één na laatste vraag.


Vragen?

La Palabra Española 194 - Even alle vragende voornaamwoorden op een rij, en we doen hier een oefening mee:

  • ¿Qué? - uitspraak: kè - Wat
  • ¿Quién? - uitspraak: kjen - Wie
  • ¿Quiénes? - uitspraak: kjennes - Wie (meervoud)
  • ¿Cuál? - uitspraak: kwál - Wat / Welke
  • ¿Cuáles? - uitspraak: kwales - Wat / Welke (meervoud)
  • ¿Dónde? - uitspraak: donde - Waar
  • ¿Adónde? - uitspraak: adonde - Waar naar toe
  • ¿Cómo? - uitspraak: komo - Hoe
  • ¿Por qué? - uitspraak: por kè - Waarom
  • ¿Cuándo?  - uitspraak: kwando - Wanneer
  • ¿Cuánto? - uitspraak: kwanto - Hoeveel


El ejercicio

De oefening oftewel el ejercicio - uitspraak el egercicio (slissende c): 

Maak een zin met elk onderstaand woord. Je mag dit op Facebook zetten via www.facebook.com/supergoedspaansleren

  1. ¿Qué?
  2. ¿Quién?
  3. ¿Quiénes?
  4. ¿Cuál?
  5. ¿Cuáles?
  6. ¿Dónde?
  7. ¿A dónde?
  8. ¿Cómo?
  9. ¿Por qué?
  10. ¿Cuándo?     
  11. ¿Cuánto?


1.     ¿Qué pasa? – Wat is er aan de hand?

2.     ¿De quién es este coche? – Van wie is deze auto?

3.     ¿Quiénes son estas personas? – Wie zijn deze mensen/personen?

4.     ¿Cuál es tu nombre? – Wat is jouw naam? 

5.     ¿Dónde está la iglesia? – Waar is de kerk?

6.     ¿Adónde vas? – Waar ga je naar toe?

7.     ¿Cómo te llamas? – Hoe heet jij?

8.     ¿Por qué vas a la farmacia? – Waarom ga je naar de apotheek?

9.     ¿Cuándo vas de vacaciones? – Wanneer ga je op vakantie?

10. ¿Cuánto cuesta? - Hoeveel kost het?


En zo zijn er wel 300 Palabras Españolas. Houd 26 november in de gaten, want dan is het Viernes El Negro oftewel Black Friday en dan komt er een unieke éénmalige aanbieding. En al sta je ingeschreven dan ben je als eerste op de hoogte. Schrijf je hier in. https://app.enormail.eu/subscribe/7ca55d84ed46334a0635282c8487b900


Un beso Cintha

info@supergoedspaansleren.nl